Voor advocaat-medewerkers
Voor advocaat-medewerkers
Jouw PO-punten
Jaarlijks krijgen advocaten te maken met de centrale controle verordening (CCV). Wat zijn nu precies de regels als het gaat om punten? Met het behalen van je stageverklaring komt geen einde aan het verplicht volgen van onderwijs. Vanaf het behalen van je stageverklaring ben je namelijk verplicht jouw ‘professionele kennis en kunde te onderhouden’. Deze verplichting vloeit voort uit de Verordening op de advocatuur, meer in het bijzonder hoofdstuk 4 van de Verordening.
Hoofdstuk 4 van de Verordening op de advocatuur is op jou van toepassing zodra je de stage hebt afgerond. De Raad van Toezicht stelt de datum vast waarop de stage is voltooid (artikel 3.2 Verordening op de advocatuur). Voor zover deze datum afwijkt van de datum van uitreiking van de stageverklaring, wordt de door de Raad van Toezicht vastgestelde einddatum aangetekend op de stageverklaring. Deze op de stageverklaring aangetekende datum is doorslaggevend voor het van toepassing zijn van de Verordening op de vakbekwaamheid.
Je kan pas opleidingspunten behalen in het kader van de Verordening op het moment dat deze verordening op jou van toepassing is. Dit betekent dat indien je tijdens jouw stage naast stage-opleidingsverplichtingen andere opleiding(en) hebt gevolgd, je daarmee dus geen opleidingspunten in het kader van de Verordening op de vakbekwaamheid kan behalen.
De Verordening houdt in dat je als advocaat verplicht bent om jaarlijks aantoonbaar je professionele kennis en kunde te onderhouden. Om aan deze verplichting te voldoen dien je jaarlijks ten minste 20 PO-punten te behalen. Ten minste de helft van deze punten dient betrekking te hebben op een juridisch onderwerp betreffende het rechtsgebied of de rechtsgebieden waarop je werkzaam bent of wilt zijn (artikel 4.4 van de Verordening).
Je kan pas opleidingspunten behalen in het kader van de Verordening op het moment dat deze verordening op jou van toepassing is. Dit betekent dat indien je tijdens jouw stage naast stage-opleidingsverplichtingen andere opleiding(en) hebt gevolgd, je daarmee dus geen opleidingspunten in het kader van de Verordening op de vakbekwaamheid kan behalen.
De Verordening houdt in dat je als advocaat verplicht bent om jaarlijks aantoonbaar je professionele kennis en kunde te onderhouden. Om aan deze verplichting te voldoen dien je jaarlijks ten minste 20 PO-punten te behalen. Ten minste de helft van deze punten dient betrekking te hebben op een juridisch onderwerp betreffende het rechtsgebied of de rechtsgebieden waarop je werkzaam bent of wilt zijn (artikel 4.4 van de Verordening).
Overschotregeling en vrijstelling
Het uitgangspunt is dat jaarlijks 20 opleidingspunten behaald moeten worden. Er is een overschotregeling op grond waarvan je eerder behaalde punten kunt inzetten. Als je in een bepaald jaar geen 20 punten hebt behaald, heb je toch voldaan aan het onderdeel kennis en kunde uit artikel 4.3 van de Verordening indien je minimaal 10 punten hebt behaald in het jaar waarop de controle ziet èn je het tekort aan opleidingspunten kunt compenseren met een overschot aan punten dat je in het voorafgaande kalenderjaar hebt behaald. De Orde geeft als voorbeeld de volgende situatie: als je 10 punten hebt behaald in 2015, en 30 punten in 2014 heb je voldaan aan artikel 4.4 lid 3 van de Verordening.
Bij zwangerschapsverlof of arbeidsongeschiktheid geldt in principe geen vrijstelling voor het behalen van ten minste 20 PO-punten. De gedachte is dat je ook met zwangerschapsverlof of arbeidsongeschiktheid 60 punten moet kunnen halen over drie jaar bezien. De Raad van Toezicht kan hierover in individuele gevallen afspraken maken. Het is echter van belang hierover zo vroeg mogelijk in contact te treden met de Raad van Toezicht.
Met de volgende activiteiten kun je voor PO-punten in aanmerking komen:
Vereisten voor activiteiten
Voor alle activiteiten geldt dat deze de praktijkuitoefening en praktijkvoering ten goede dienen te komen, van academisch niveau dienen te zijn en – voor zover relevant – deskundige docenten moeten hieraan hun medewerking verlenen. Twee voorbeelden:
- Een jurisprudentielunch wordt bij de controle van de CCV (zie hierna) als puntwaardig aangemerkt, mits er een deskundige docent aanwezig is, er cursusmateriaal beschikbaar is en je aan de hand van een bewijs van deelname kunt aantonen dat je de lunch hebt gevolgd.
- De werkzaamheden als redactielid van een juridisch tijdschrift zijn niet puntwaardig omdat de artikelen niet zelf zijn geschreven.
Als je een cursus volgt bij een niet erkende opleidingsinstelling hoef je bij de Nederlandse Orde van Advocaten geen verzoek in te dienen om de punten toegekend te krijgen. De Orde gaat er vanuit dat een advocaat zelf kan beoordelen of een cursus bijdraagt aan de vakbekwaamheid en mee kan tellen voor het onderhoud van de vakbekwaamheid.
Jaarlijkse CCV-opgave
In de jaarlijkse CCV-opgave kun je opgeven hoeveel opleidingspunten je hebt behaald in het kalenderjaar waarop de CCV ziet. Nadat alle kantoren en advocaten opgave hebben gedaan, zal een steekproefsgewijze controle plaatsvinden. Indien je in deze steekproef wordt gecontroleerd, dien je bewijsstukken te overleggen van de activiteiten waarmee je de opleidingspunten hebt behaald.